Interview Vivian Keulards

Vivian Keulards is een conceptueel portret fotograaf die regelmatig bruggen legt naar andere creative vakken zoals theater en poëzie. Jarenlang bewaarde Vivian een familiegeheim. In het boek ‘Voor Hans’ doorbreekt ze het taboe over de verslaving en dood van haar broer en gaat ze opzoek naar het antwoord op de vraag ‘waarom ik niet en Hans wel?’ Wat resulteerde in een zoektocht naar antwoorden op vragen over verslaving en beelden die haar gevoel illustreren tijdens deze queeste.  Ze zocht andere verslaafden op om het beter te begrijpen, maar ook vooral om de menselijke kant van het verhaal te benadrukken.

© Vivian Keulards
© Vivian Keulards

Ben je anders tegen verslaving aan gaan kijken en hoop je dat jouw project dat ook voor anderen kan bewerkstelligen?

Een van mijn vragen was: waarom raakte Hans verslaafd en ik niet, terwijl we uit hetzelfde nest komen? Het antwoord is complexer én eenvoudiger dan ik dacht. Complexer omdat het niet een lijst is die je aftikt met: genen, opvoeding, trauma, vrienden, opleiding… Verslaving laat zich slecht voorspellen, het is complex en het kan iedereen overkomen, mij dus ook. Dat laatste maakt het eenvoudig. De lijn van wel of niet verslaafd zijn, is erg dun. Het sluipt erin, je kiest er niet voor. De verslaving van mijn broer was verwoestend voor zijn omgeving, maar vooral voor hemzelf. Tijdens mijn zoektocht en gesprekken met anderen, leerde ik hoe weinig we van elkaar verschillen. We kampen met dezelfde angsten en hebben dezelfde verlangens. Ik leerde dat verslaving een heel eenzaam proces is. Maar het heeft ook een fijne kant. De verdoving van drank en drugs in een uitzichtloze periode is troostend en een lichtpunt. Voor even dan natuurlijk. Ik hoorde vaak: drugs waren mijn beste vriend. Het helpt je te overleven en tegelijkertijd brengt het je naar de rand van de afgrond. Uiteindelijk kom je op een afslag: je zoekt hulp of je gaat dood. Zo simpel is het.

Met dit project wil ik niet uiteenzetten wat verslaving is, maar hoop ik vooral andere mensen te motiveren om over het onderwerp te praten. En ze dan uit te nodigen om ook de menselijke, herkenbare kant te onderzoeken. De donkere, destructieve kant kennen we inmiddels wel. Daarom vind je geen stereotype beelden als lege flessen, naalden en dergelijke in mijn boek.

Was fotografie voor jou een uitkomst om dichter bij het leed van jouw broer en van jezelf te komen?

De fotografie hielp me voornamelijk om mijn emoties te vertalen en om mijn gedachten te ordenen. En om het onderwerp bespreekbaar te maken. De beelden zeggen vooral iets over mij, niet over mijn broer. Hans is er niet meer, dus ik kan mijn vragen niet meer aan hem stellen. Ik kan niet in zijn hoofd kijken of dicht bij zijn leed komen. Ik kan alleen maar gissen hoe hij zich gevoeld heeft. Daarom zocht ik mensen (te zien in mijn video-installatie) op die, net als mijn broer, kampten met een verslavingsverleden. Zij ontvingen mij warmhartig, deelden openlijk hun levensverhaal en probeerden mijn vragen te beantwoorden. Dankzij deze lieve mensen, kan ik me voor een deel inleven hoe het is. Pas wanneer jezelf met verslaving kampt, weet je hoe het écht is. Het inzetten van ervaringsdeskundigen in de verslavingszorg is om die reden zo waardevol. Als je zwaar door het stof gaat, is het fijner om iemand naast je te hebben die herkent hoe het voelt, dan iemand die vanuit de boeken jou een herstelmethode aanreikt. Ik ben absoluut vóór psychologen, maar de formule mét ervaringsdeskundigen is vele malen sterker.

Wie ben ik dan om toe te geven aan mijn angsten en het verhaal achter gesloten deuren te houden?

© Vivian Keulards
© Vivian Keulards

Wat was voor jou de ommekeer in het naar buiten brengen van dit familiegeheim en hoe reageerde jouw omgeving hierop?

Ik heb zo vaak gedacht om het weer in de kast te stoppen en er niets mee te doen. Als je zoveel jaren een familiegeheim hebt bewaard en je besluit het bloot te geven, heb je nogal wat angsten te overwinnen. In het begin werd ik er zelfs lichamelijk ziek van. Het waren vooral de mensen uit de video-installatie, die ervoor zorgden dat ik het tóch naar buiten wilde brengen. Zij lieten mij toe in hun leven, deelden alle kwetsbaarheden en staan vol met hun gezicht in beeld. Wie ben ik dan om toe te geven aan mijn angsten en het verhaal achter gesloten deuren te houden? Ik wilde net zo moedig zijn als zij. Daarnaast wist ik dat het me zou bevrijden als ik zou gaan staan voor waar ik in geloof. Ik schikte me altijd naar andere mensen, was een enorme pleaser. Door het familiegeheim te delen, ging ik tegen de stroom in. Dat deed ik natuurlijk in de meest extreme vorm. Misschien wel zodat ik niet terug kon krabbelen. Het was het engste dat ik tot nu toe deed in mijn leven. De eerste keer dat mijn verhaal naar buiten kwam, was in de NRC, in juni 2019. Ik had nog discussies met de journalist over het interview. Ik wilde het liefst het hele artikel veranderen, het was totale paniek aan mijn kant. 

Mensen omarmen dit project, maar mensen vervloeken me er ook om. Niet iedereen begrijpt of gelooft waarom ik dit doe. Ze zien het als de vuile was buitenhangen of als een schreeuw om aandacht. Soms vind ik dat nog lastig, maar ik leer om te gaan met de verschillende opinies. Ik weet dat ik dit werk maakte met een goede en liefdevolle intentie. Alle positieve reacties die ik krijg, print ik uit en bewaar ik in een schrift. Mensen sturen me bedankbriefjes omdat ik dit complexe onderwerp op een liefdevolle manier bespreek en onder de aandacht breng. Gelukkig zijn die in de meerderheid.

Hoe heb jij dit persoonlijke project ervaren ten opzichte van eerdere projecten?

Dit is mijn meest persoonlijke project ooit. Het is niet te vergelijken met mijn andere projecten. Het gaat verder dan fotografie en een verhaal. Het heeft me bevrijd van een taboe. En het heeft anderen iets gebracht. Het is een manier om het stigma rondom verslaving te doorbreken. Bovendien is het uit te bouwen met een programma. Dat doe ik samen met anderen, zoals met de Will Hawkins Foundation en schrijver Ralf Mohren. Zo organiseerde ik bv voor de KNMG een middag voor huisartsen. Daar hield ik een lezing, liet ik het werk zien, hield ik samen met Steunpunt ABS-artsen (voor artsen met verslavingsproblemen) een interactieve discussie over verslaving en sloten we af met de film ‘Beautiful Boy’. Die mix en samenwerking met anderen werken ontzettend goed. Het heeft nog meer impact. Na zo’n programma komen er altijd mensen hun eigen verhaal doen. Het kan zomaar een eerste stap van iets groters zijn.

© Vivian Keulards
© Vivian Keulards

Heeft de zoektocht naar je broers verleden en verslaving je gebracht wat je had gehoopt?

Ik wilde vooral het taboe doorbreken én het hebben over de menselijke, herkenbare kant achter verslaving. Het stilzwijgen is doorbroken, het verhaal is nog allesbehalve geheim. Wel wil ik het er graag vaker over hebben. Door corona zijn de plannen voor het rondreizen van de installatie blijven liggen. Dat wil ik weer oppakken. Het blijft een actueel en belangrijk verhaal, dus het is nooit te laat. Ik ben trots op mezelf dat ik het heb doorgezet, dat ik iets heb gedaan waar ik in geloof, ondanks alle angsten. Ralf Mohren, ervaringsdeskundige en schrijver van het essay van mijn boek, beschrijft het treffend en metaforisch aan het eind van mijn boek:


Wat weet ik? Ik weet niet waarom hij wel en ik niet. Ik kan het alleen maar vermoeden.

Ik zie een kale hotelkamer met twee bedden. Het linker of het rechter. Dit is gewoon een hotelkamer. Meer niet. Nee, dit is dé hotelkamer.

En ik ga de gordijnen opentrekken zodat we de kamer zien. Het dekbed klop ik uit. De kussens schud ik op. Dat er stof door de kamer dwarrelt neem ik voor lief.

Ik wil hem zien. Ik wil dat hij gezien wordt.

Wat zou je mensen mee willen geven die iemand dichtbij zich hebben die worstelt met een verslaving en het taboe eromheen?

Mijn eerste reactie is toch: praten. Hoe pijnlijk, lastig of eng het ook is. Het is zo belangrijk om er wél over te praten. Er zijn nu groepen voor naasten waar je terecht kunt. Dat had ik heel fijn gevonden indertijd. Je hoeft het niet alleen te doen. Dit geldt voor alle partijen.

Het aller, aller pijnlijkste vond ik het zelfstigma van mensen die kamp(t)en met verslaving, de enorme schaamte. Wij staan met ons allen in wisselwerking en kunnen een verschil maken. Heeft iemand een terugval, koop dan eens een bos bloemen voor diegene. Ze voelen zich al klote genoeg. Verwijten werkt averechts. Els, een vrouw uit mijn video-installatie, kreeg bij haar laatste terugval die bos bloemen van een vriendin. Het maakte haar situatie zoveel makkelijker om weer te herstellen.

Ralf Mohren omschreef het goed in zijn essay:

Een complex probleem, dat is het. En iets wat ingewikkeld is, vergt compassie en moed en tact en nuance. Bijna iedereen kent wel iemand dichtbij of ver weg die ermee te maken heeft of die iemand kent. Een zoon. Of dochter. Of een broer. En daar praat je over. Of je wil of niet. Omdat het moet. Omdat je het verdient en omdat degene om wie het gaat dat verdient. Niemand verdient het om stilgezwegen te worden. Om niets meer te zijn dan onderwerp van schaamte. Want schaamte heeft een verslaafde genoeg.

Voor meer van Vivian Keulards bezoek haar website.

Het unieke boek ‘Voor Hans’ is hier verkrijgbaar.

 

Lees ook

03.04

De shortlist van de Palm* Photo Prize 2024

01.04

Ilias Bardaa en zijn visuele ode aan de Maghreb en Amazigh Gemeenschap

25.03

Over beeldvorming en identiteit, een interview met fotograaf en onderzoeker Cigdem Yuksel